■ Profielen
Selecteer Menu > Instrumenten > Profielen.
In Profielen kunt u de beltonen voor verschillende gebeurtenissen, omgevingen
en groepen bellers naar wens aanpassen. Het geselecteerde profiel wordt
weergegeven boven aan het scherm in de stand-by modus. Als u het profiel
Algemeen gebruikt, wordt alleen de datum van vandaag aangegeven.
Als u een profiel wilt activeren, gaat u naar een profiel, drukt u op de
navigatietoets en selecteert u Activeren.
Tip: u kunt in de stand-by modus snel schakelen tussen de profielen
Algemeen en Stil door # ingedrukt te houden.
Als u een profiel wilt aanpassen, gaat u naar het profiel in de lijst met profielen,
drukt u op de navigatietoets, selecteert u Aanpassen en maakt u een keuze uit de
volgende opties:
Beltoon - Als u de beltoon voor spraakoproepen wilt instellen, selecteert u een
beltoon in de lijst. Druk op een toets om het geluid te stoppen. U kunt beltonen
ook wijzigen in Contacten. Zie ’Een beltoon toevoegen’ op pag. 40.
Naam beller uitspr. - Selecteer Aan als u wilt dat de telefoon de naam van de beller
uitspreekt wanneer de telefoon overgaat.
Beltoontype - Wanneer u Oplopend selecteert, wordt het volume van de beltoon
geleidelijk verhoogd tot het ingestelde niveau.
Belvolume - Stel het volume van het oproepsignaal en de signaaltoon voor
berichten in.
Berichtensignaaltoon - Hiermee stelt u de signaaltoon voor SMS- en
multimediaberichten in.
Signaaltoon e-mail - Hiermee stelt u de signaaltoon voor e-mailberichten in.
Trilsignaal - Hiermee stelt u in dat de telefoon trilt bij inkomende spraakoproepen
en berichten.
60
Toetsenbordtonen - Hiermee stelt u het volume van de toetsenbordtonen in.
Waarschuwingstonen - Hiermee schakelt u waarschuwingstonen in of uit.
Waarschuwen bij - Hiermee stelt u in dat de telefoon alleen overgaat bij
inkomende oproepen van een bepaalde contactgroep. Bij inkomende oproepen
van andere personen gaat de telefoon niet over.
Profielnaam - Geef het profiel een naam. Deze instelling wordt niet weergegeven
voor de profielen Algemeen en Offline.
Wanneer u het profiel Offline gebruikt, heeft de telefoon geen verbinding met
het GSM-netwerk. U kunt bepaalde functies van de telefoon gebruiken zonder
SIM-kaart door de telefoon aan te zetten met het profiel Offline.
Belangrijk: In het profiel Vlucht kunt u geen oproepen doen of ontvangen en
kunnen ook andere functies waarvoor netwerkdekking vereist is niet worden
gebruikt. U kunt mogelijk nog wel het alarmnummer dat in het apparaat is
geprogrammeerd kiezen. Als u wilt bellen, moet u de telefoonfunctie eerst
activeren door een ander profiel te kiezen. Als het apparaat vergrendeld is,
moet u de beveiligingscode invoeren.